Gemeentemonitor

DE GEMEENTEMONITOR
een hulpmiddel bij beleid maken

Gemeenten helpen om te ontdekken wie ze in potentie al zijn is het doel van de gemeentemonitor. Dat vraagt om een dieptebenadering, waarbij enerzijds rekening gehouden wordt met de ligging van de gemeente oftewel haar gemeentetheologie en anderzijds haar context.

De gemeentetheologie leiden we met name af uit de inhoudelijke verwachtingen die de leden hebben en van hun gemeentebeelden. Met context bedoelen we de omgeving van de gemeente, haar sociale kenmerken en die van de leden. Zo ontstaat een ‘opname’ van de gemeente, die we vervolgens vergelijken met opnamen van andere gemeenten of geloofsgemeenschappen in binnen- en buitenland. Zo krijgen we een beeld van haar ontwikkelingsmogelijkheden.

We nodigen u uit dit instrument toe te passen in de gemeente of het regioverband waar u bij betrokken bent en hopen dat u verrast wordt door het resultaat: het model dat volgens de monitor wordt aangewezen.

Die mogelijkheden, dat passend gemeentemodel, wordt door ons gekozen op basis van vergelijking van uw gemeente met andere gemeenten. Want wát we willen meten van de ‘gemeentetheologie’ en ‘context’ moet natuurlijk wel duidelijk zijn. En dan blijkt dat we toch nog verder moet onderverdelen. We gebruiken daarbij een goed doordacht ‘lagenmodeluit de wetenschap. We brengen eerst het theologisch verwachtingspatroon van uw gemeente in kaart. Niet uitputtend, maar wel zover dat die vergelijking met andere gemeenten kan worden gemaakt. U vult daartoe de lagen 1 en 2 in, met betrekking tot het theologische verwachtingspatroon dat aanwezig is. Vervolgens vragen we u laag 3, 4,en 5 in te vullen. Dat levert een profiel op van de gemeente ten aanzien van haar omgeving, haar sociale samenstelling, haar organisatie en haar mate van saamhorigheid. Kortom: de interne en externe sociale context van de gemeente. Vervolgens levert de monitor een gemeentemodel (of combinatie van modellen) aan dat, blijkens de ingevoerde gegevens, het meest in het verlengde ligt van het profiel van de lokale parochie op basis van die gegevens.

Dat model of die paar modellen geven in grote lijnen aan, waar u naar toe kunt werken. Dat zijn allereerst de vertrouwde gemeentemodellen: het klassieke model, het liturgisch model, het pluraal model, het missionair-diaconaal model en het missionair-evangelicaal model. We attenderen u bovendien op een aantal heel nieuwe gemeentevormen, die wel eens bij u zouden kunnen passen, zodat u ook een verder gaande stap naar vernieuwing kunt overwegen. Omdat de situatie daar om vraagt. Misschien verrast zo’n gemeentemodel u niet omdat, achteraf gezien, de grondtrekken ervan al waarneembaar waren in de steeds veranderende sociale werkelijkheid van uw geloofsgemeenschap. Tenslotte geven we u enkele concrete sterke en zwakkere kanten van uw gemeente, waarmee u in uw beleid rekening kunt houden.